In 1993 heeft mijn broer Ton gediend in voormalig Joegoslavië. Zijn standplaats was de Titokazerne in Sarajevo. Ton was 22, wilde iets betekenen voor zichzelf en voor ons land en is het avontuur aangegaan. Zoals zoveel anderen zonder echt goed te weten waar hij aan begonnen was. Terug in Nederland begon een volgende strijd. Verwerken van de ervaringen in Sarajevo, hopen op begrip en waardering en verwerven van een plek in de maatschappij. Dat viel op zijn zachts gezegd tegen. Met veel vallen en opstaan en door diepe dalen is het hem, vooral door zijn eigen standvastigheid maar ook met hulp van veel dierbaren om hem heen, ruim 20 jaar later eindelijk gelukt.
“Heej Geert, het gaat eigenlijk best goed met me en had bedacht om de afgelopen 20 jaar maar eens af te sluiten. Het leek me een goed idee om dat op de fiets te doen. Deed onze pa ook altijd. Ga je mee?” “Heej Ton, da’s mooi en een goed plan. Waar ga je heen?” “Nou ik had gedacht om een tochtje te maken naar waar het allemaal begonnen is: Sarajevo” “…..O……?” ………. Zoiets zal het wel geweest zijn dat telefoontje een paar jaar terug.
De link met pa is mooi. Hij was een fervent wielrenner die onder de noemer “kop leeg rijden” veel rust vond in deze sport.
“Kan ik het fysiek aan en kan ik wel 4 weken van huis en werk” waren twee belangrijke vragen die ik mezelf stelde. Eigenlijk wast het heel simpel. Fysiek was een kwestie van trainen en die tijd: tsja, hoe vaak in je leven neem je de kans om met je broer dwars door Europa naar Sarajevo te rijden? Met trots voor zijn volharding en blijvend enthousiasme was het antwoord: Ja natuurlijk.
Wat zo kleinschalig begon is uitgegroeid tot een groots internationaal evenement. Een tocht ter bezinning en verwerking van de individuele deelnemers en een tocht om aandacht te vestigen op PTSS.
Op 31 augustus stond het peloton met volgers in Doorn aan de start. Een gemêleerd gezelschap van veteranen. Allen met PTSS gerelateerde klachten. 16 renners en 8 begeleiders. Divers in herkomst, leeftijd, levenservaring, fietservaring, karakter, familieomstandigheden enz.. Sommigen kenden elkaar goed, anderen helemaal niet maar we hadden één doel: Met z’n allen de eindstreep halen.
Een ambitieus en voor zover mogelijk goed voorbereid project. Vele sponsoren, instanties en particulieren hadden ons op ieders eigen wijze het vertrouwen gegeven om de reis mogelijk te maken. Het project was een pilot en alles zou voor een eerste keer gaan gebeuren. Eigenlijk hetzelfde als bij Ton in 1993; we hadden geen idee wat ons werkelijk te wachten stond.
Om 11:00 ging het peloton van start. De eerste dag vergezeld door 50 gastrenners en door 6 echte motards werden we door Nederland geloodst , het besef begon een beetje door te dringen wat we teweeg gebracht hadden.
Als “broer van”, niet militair en zonder PTSS was ik een vreemde eend in de bijt. Wat zou mijn rol zijn, hoe zou ik gezien worden, zou ik opgenomen worden in de groep en zou ik vertrouwen krijgen. Toch een aantal vragen die even speelden; heel even dan. Na de start, eerste etappe, eerste maaltijd en eerste overnachting was die vraag niet meer aan de orde. Als vanzelfsprekend werd ik opgenomen in de groep. En dat gold voor iedereen. De gemeenschappelijke ervaringen, het reisdoel en de per dag groeiende passie voor het fietsen waren de bindende factoren.
Ik was gewend om naar Ton toe open en eerlijk mijn mening te geven. Dat heeft hij steeds geaccepteerd en gewaardeerd, ook al was de boodschap soms confronterend. Het heeft onze band uiteindelijk alleen maar versterkt. Die houding heb ik bij niemand binnen ons reisgezelschap hoeven bijstellen. Ik heb overwegend alleen maar pure emoties gezien. Op zijn tijd was iedereen blij, verdrietig en boos. Zonder rancune en met begrip voor elkaar of voor de ontelbare verrassende situaties waarin we terecht kwamen. Gaandeweg hebben we elkaars eigenaardigheden leren kennen. Het mooie was dat vooral ieders positieve eigenschappen aandacht kregen en ingezet zijn om de tocht te vervolbrengen. Mooi was ook dat de kritiek op elkaar die vaak met de nodige humor gepaard ging en ook werd geaccepteerd, al duurde dat soms even….
Ik was terecht gekomen in een sterke groep en van de vaak genoemde “korte PTSS-lontjes” heb ik eigenlijk niet zoveel gemerkt. Een aantal keren was dat van mij zelfs korter.
De eerste anderhalve week kenmerkte zich vooral door alle nieuwe situaties. Elkaar leren kennen, routes plannen, wat eten we, waar slapen we, wat voor mediamoment krijgen we vandaag weer, hoe gaat het met de conditie en het zitvlees waren zo van die dingen. Ondertussen verdwenen de kilometers en prachtige landschappen achter ons en zo belanden we op dag 12 op onze eerste rustdag.
Dit was de dag waarop de eerste diepe emoties bij een aantal deelnemers blootgelegd werden. Ongepland en misschien ook wel onverwacht. Wat begon met een potje Yahtzee en het bekijken van foto’s van het eerste deel van de tocht eindigde in mooie open en eerlijke verhalen tot aan de ziel van die het vertelde. Het vereist moed om dat te doen en ik mocht daar bij zijn. Voor mijn gevoel was de reis en de intentie die Ton er mee had nu al geslaagd. Een gezamenlijk doel, de helende werking van wielrennen en elkaars nabijheid hadden hiertoe geleid.
Dit was echter nog maar het begin. We waren inmiddels gewend aan de fysieke inspanningen en rituelen van eten en slapen. We namen de dagen zoals ze kwamen. Nee…: we keken er steeds meer naar uit. Het fietsen werd intenser en gaandeweg werden steeds meer ervaringen gedeeld, emoties geuit en herinneringen verwerkt. We zijn er allemaal sterker door geworden.
De laatste week reden we Slovenië in. En daarna Kroatië en Bosnië. Voor mij volledige nieuwe omgevingen en ervaringen. Voor de rest van het gezelschap, soms weer voor het eerst, terug op een plaats met zware herinneringen. We werden stiller. Voor mij was het een eerste kennismaking met een door oorlog beschadigd gebied. Littekens zijn goed zichtbaar en het was ingrijpend om op plaatsen vaak meer dan de helft aan vernielde leegstand te zien waartussen de achtergebleven bevolking het leven weer aan het oppakken is. Een fietspeloton met volgwagens op weg naar Sarajevo is geen alledaags beeld, zeker niet in die contreien. Vaak werden we hartelijk begroet. We werden toegezwaaid, er werd geapplaudisseerd en geclaxonneerd. Dat deed ons allemaal merkbaar goed. Dit kreeg zijn climax in Sarajevo zelf.
Eerst hebben we onze eigen finish gevierd bij het Olympisch stadion waar niemand het echt droog hield. Daarna doorgefietst met de aankomst bij het Holiday Inn waar we ontvangen werden door familie en vrienden. Met trots en vreugde voor het behaalde doel en weerzien.
De ontvangst door de Bosnische minister van veteranenzaken en Nederlandse ambassadeur waren een kers op de taart. Met het daarna plaatsen van een krans bij het monument voor tijdens de oorlog gesneuvelde kinderen is de reis waardig afgesloten.
Hoe kijk ik terug.
Ik heb mijn broer na zijn uitzending altijd geaccepteerd hoe hij was. Met al zijn ondoorgrondelijke grillen. Waarom? Omdat ik hem ook kende voor zijn uitzending en gewoon omdat ik wist hoe hij was of eigenlijk; wilde zijn. De reis heeft mij een dieper inzicht gegeven. Op de fiets heb je geen beschermend omhulsel en beleef je een omgeving intens. De verhalen die gedeeld zijn gaven dat nog een extra lading en hebben mijn acceptatie omgezet in begrip. Nog niet volledig omdat ik het simpelweg niet zelf aan den lijve heb ondervonden. Maar wel meer dan voldoende.
Ik heb ook een groep mensen leren kennen met een bovengemiddeld betrokkenheid en bezorgdheid voor anderen. Ik ben trots op de hele groep van renners en begeleiders. Trots op de sportieve prestatie en trots op de stappen die door iedereen gezet zijn….
Plaats een reactie